Het Zwarte Pieten is nog steeds aan de gang


De kranten en beeldschermen staan bol van de discussie rondom onze viering van Sinterklaas. Vooral de vertoning van Zwarte Piet is wat velen in de samenleving tegenstaat. Het raakt mensen op een diepere laag.

Maar wat is dan die diepere laag? Wat maakt dat we ons zo lang niet bewust waren van de gekwetstheid van groepen mensen bij het vieren van het in onze ogen zo onschuldige en verbroederende Sinterklaas feest?

Ik wil in deze blogpost hier vanuit een aantal invalshoeken eens naar kijken. En zeker vanuit systemisch perspectief een brug proberen te maken naar de huidige tijd in breder perspectief. Want het gaat natuurlijk niet écht over Sinterklaas, daar geloof ik sowieso niet in.

Historische context

De herkomst van de figuur van Zwarte Piet is nog niet volledig helder. Zwarte Piet zou een door de Turkse bisschop van Myra, Nicolaas, vrijgekochte Ethiopische slaaf zijn met de naam Piter. Een ander verhaal geeft dat de een Nederlandse leraar, dichter en schrijver van kinderboeken: Jan Schenkman, de knecht bedacht bij de goedheiligman. Deze zou in het boek dat in 1850 van Schenkman verscheen voor het eerst zijn genoemd. Overigens liet Schenkman de Sint uit Spanje komen en niet uit Turkije.

Weer anderen zeggen dat de kleur van de Piet ontstaan is door het afdalen in de schoorstenen. En zo zijn er nog vele varianten op het ontstaan van de historische niet blanke figuur.

Uit mijn eigen herinnering kan ik alleen terughalen dat Zwarte Piet in mijn overtuiging een opvoed ondersteunende functie had. Ik was namelijk in de maanden november en december een braaf en zeer gehoorzaam kind. Gedurende de rest van het jaar zat Zwarte Piet toch in Spanje, dus wat kon het bommen.

Religieuze context

Het Sinterklaasfeest komt voort uit de Katholieke traditie en is van oorsprong een kinderfeest rondom de al eerder genoemde Turkse bisschop van Myra Nicolaas. Binnen diverse stromingen van het Christelijke geloof is overigens al eerder getracht het feest af te schaffen. Het zou een Katholiek bijgeloof zijn waar andere stromingen niets mee te maken wilden hebben.

Het sinterklaasfeest kent trouwens ook elementen van andere geloven en tradities zoals de Germaanse en Noordse.

Maatschappelijke context

Op hoog politiek niveau wordt op dit moment onderzocht of de viering van Sinterklaas met alle rituelen en figuren daarbij een vorm van racisme is en daarom verboden moet worden.

Vooral de figuur van de zwarte knecht van de goedheiligman staat daarbij ter discussie.

Het feest van Sinterklaas moet verboden worden volgens VN rapporteur Verene Shepherd. Zij legt overigens de verbinding met de Nederlandse slavenhandel. Ja, wij zijn geen braaf volkje, mocht je dat soms denken. Er schuilt dus meer achter dan alleen het vieren van een feestje.

Racisme is een vorm van uitsluiting, de ene mens stelt zich boven de ander. Jij bent zwart en ik ben wit, zwart is niet goed en wit is zoals het hoort. Zwart hoort er niet bij, er is alleen plek voor wit.

Nederland hééft de Zwarte Piet

Nederland heeft in het verleden een slecht imago opgebouwd door haar behoorlijke rol in de wereldwijde slavenhandel. Dat we daar niet al te gemakkelijk voor uitkomen is geen geheim.

We kijken liever naar de Japanners die eerst na 65 jaar na afloop van WO II hun excuses maakten aan hen die geleden hebben onder de Japanse onderdrukking.

Nederland heeft vooralsnog geen enkel excuus gemaakt aan bijvoorbeeld de Surinaamse bevolking. Wél willen we na veel aandringen onze diepe spijt laten zien. “Kijk ons eens in diepe spijt en berouw zitten.” Alsof de slachtoffers daar iets aan hebben, want worden zij gezien als wij naar beneden kijken en in onze zelfspijt duiken?

De Gek, de Schele en de Kromme, ze horen er allemaal bij

Ik had een collega die wel eens de volgende grap maakte:

“Ah juffrouw, ze noemen me allemaal Schele! Ach, kan jou het schele’ Kees.”

En wij moesten daar dan hartelijk om lachen. Het was een onschuldige dialoog met, zoals nu blijkt, een diepere laag van gekwetstheid. Telkens namelijk als ik lees over het “Zwarte Pieten debat”, komt deze grap in mijn gedachten naar voren.

Vroeger, toen de mens nog in kleinere gemeenschappen leefde en het contact met andere gemeenschappen minimaal was, waren er in die kleinere groepen ook verschillen. Wanneer je in een dorp kwam en de weg naar het huis van Jan vroeg kon het goed zijn dat je te horen kreeg:

“Loop richting kerk en ga onderweg bij het huis van de Gek links af, dan voorbij de winkel van de Schele, aan het einde van die weg ligt de boerderij van de Kromme en dáárachter, daar woont Jan.”

Je ging dus eerst richting de Gek, en dan richting de Schele en de Kromme, en vervolgens kwam je bij Jan. Zo eenvoudig was het.

En het kon goed zijn dat wanneer je bij het huis van de gek kwam en je een pestende opmerking maakte je de hele bevolking achter je aankreeg. “Blijf van onze gek af!”

Bijnamen waren een mogelijkheid om de ene Piet van de andere Piet te onderscheiden. En de bijnamen Gek, Schele, of Kromme, werden niet als racistisch ervaren. Hoe kan dat

Het systeem achter het debat over het  Sinterklaasfeest en Zwarte Piet

Wanneer we systemisch kijken naar groepen mensen zien we dat er stabiliteit in de groep is wanneer aan een aantal principes wordt voldaan. Die principes zijn binding, plek en balans in geven en nemen. Iedereen in een groep hoort erbij en heeft een eigen plek. En binnen elke groep geldt: voor wat hoort wat.

En daar wringt de schoen, om maar in Sinterklaastermen te blijven.

Onze maatschappij als totale groep met daarbinnen kleinere groeperingen is uit balans, is instabiel. Je merkt het aan alle kanten. Het financiële stelsel staat nog steeds op instorten, we zijn niet meer zeker van onze “oude dag”. Sommigen weten in november niet of ze in december nog geld hebben om in hun levensonderhoud te voorzien. Anderen hebben geen land, geen dak boven hun hoofd en geen eten om aan hun kinderen te geven. Daardoor voelen zij zich bedreigd in hun voortbestaan. En misschien is dat wel een reële angst. Dan óók nog niet gezien worden door hen die het beter gaat geeft frustratie, discussie en geweld. We zitten dus in fase 2, de discussie.

Onze maatschappij kent groepen die zich niet gezien en gewaardeerd voelen. Die groepen zien dat wij Sinterklaas vieren op een wijze waarbij een man met een donkere huidskleur als onderdanige, sullige, onintelligente knecht wordt gezien die moet gehoorzamen aan de wijze respectabele blanke man. Ik snap dat wel. En het gaat niet over Sinterklaas en het feestje dat we bouwen. Het gaat over uitsluiting, over het jezelf boven de ander stellen en het niet gezien voelen door de ander.

En in onze naïviteit gaan we daaraan voorbij. Of we vinden het te pijnlijk om er naar te kijken. We vinden het te pijnlijk om te onderkennen dat ook wij Nederlanders geen onbesmet blazoen hebben. Dat ook wij nog iets goed te maken hebben.

Ik pleit niet voor het opgeven van het Sinterklaasfeest. Ik pleit ervoor dat we kijken naar wat maakt dat telkens rondom deze dagen het signaal komt van groepen die zich niet gezien voelen en niet erkend worden. Ik pleit ervoor dat we niet wegkijken en het ergens anders over gaan hebben. Bijvoorbeeld over het recht dat we hebben om een onschuldig feest te vieren. Dat hebben we namelijk wel in mijn ogen, alleen nadat we dat andere ook gedaan hebben: insluiten, ieder een plek geven en in balans géven en nemen.

Zolang wij als samenleving niet in staat zijn om mensen in te sluiten, ze te respecteren voor wie ze zijn, ze een volwaardige plek en verantwoordelijkheid te geven, zal er een splitsing blijven die zich laat zien in de vorm van het Zwarte Pieten debat. Dat is het nut van dit debat. Het gaat niet over Sinterklaas, geloof daar nou niet in!

Sinterklaas 3.0

In het Dorp dat ik eerder noemde werd elk jaar een toneelstuk opgevoerd. Hierin kreeg ook de Kromme een rol, hij behoedde de Gek tegen zijn eigen onhandigheidjes. De Schele zorgde ieder jaar voor brood en soep in de pauze. Allemaal hadden ze hun eigen rol en deden volwaardig mee. En het applaus aan het einde van de voorstelling was voor iedereen. Iedereen hoorde erbij, iedereen had een eigen plek en rol en er werd gegeven en genomen. Als de soep niet smaakte kreeg de Schele het te horen en als ie goed was werd hij bejubeld om zijn kookkunsten.

Over Eric de Waard | deWaardcoaching

Ik begeleid particulieren en professionals bij vraagstukken op het gebied van persoonlijke en professionele ontwikkeling en bij organisatievraagstukken. Kijk voor meer informatie op www.dewaardcoaching.nl
Dit bericht werd geplaatst in Mensen onder elkaar en getagged met , , , . Maak dit favoriet permalink.

Plaats een reactie